The Spelling and Pronunciation of Dutch Vowels:
Learn the Rules by Studying and Listening to Examples

Studying and listening to the examples you may notice patterns and 'discover' the system, find the rules by yourself. Isn't that much better than being told and having to memorize the rules? I am anti-authoritarian. No need for jargon.
(or read about the rules)

klinkers vowels:
- a - aa/a - e - ee/e - e (uh)
- i - ie ( ii ) / i - o - oo/o - u - uu/u

tweeklanken diphthongs:
- au/ou - ei/ij - eu - oe - ui

Y y

medeklinkers consonants:
b - c - d - f - g - h - j - k - l - m - n - p - q - r - s - t - v - w - x - z

let-ter-gre-pen 2 - lettergrepen syl-la-bles - syllables

Intro

- a

- aa/a

- e

- ee/e

- e (uh)

- o

- oo/o

la lat laat late (la-te) latten (lat-ten)

Ma 2 man 2 maan 2 mannen (man-nen) 2 manen (ma-nen)

de 2 den Deen dennen (den-nen) 2 Denen (De-nen) 2

zo zon zoon zonnen (zon-nen) 2 zonen (zo-nen)

bom 2 boom 2 bommen (bom-men) 2 bomen (bo-men)

vlo 2 vlot 2 3 vloot 2 vlotten (vlot-ten) 2 3 vloten (vlo-ten) 2

grote 2 / grootte (gro-te / groot-te)
wij laden 2 / wij laadden (la-den / laad-den)

1.  - a - e - i - o - u

al 2 alle (al-le) al/alle (all)

gek gekke (gek-ke) 2 gek/gekke 2 (crazy, insane)

wit 2 witte (wit-te) 2 3 wit/witte 2 3 (white)

los losse (los-se) los/losse 2 (loose, not attached)

dun dunne (dun-ne) 2 dun/dunne 2 (thin, skinny)

al 2  / alle (al-le)	al / alle (all) ‑>>
laf 2  / laffe (laf-fe) 2	laf / laffe 2 (cowardly)
smal 2  / smalle (smal-le)	smal / smalle (narrow)
nat  / natte (nat-te) 2 3 4	nat / natte (wet)
zwak 2  / zwakke (zwak-ke) 2	zwak / zwakke 2 3 (weak) ‑>>
slap  / slappe (slap-pe)	slap / slappe (weak, mild, limp) ‑>>
snel  / snelle (snel-le) 2 3	snel / snelle (quick, fast) ‑>>
ver 2 3 4  / verre (ver-re) 2 3	ver / verre (far) ‑>>
gek  / gekke (gek-ke) 2	gek / gekke 2 (crazy, insane)
wit 2  / witte (wit-te) 2 3	wit / witte 2 3 (white) ‑>>
dik  / dikke (dik-ke) 2	dik / dikke 2 3 (fat, thick)
slim  / slimme (slim-me) 2 3	slim / slimme 2 (clever)
stil 2  /  stille (stil-le)	stil / stille 2 (quiet, no sound) ‑>>
vol  /  volle (vol-le) 2	vol / volle (full, filled)
hol 2  / holle (hol-le)	hol / holle (hollow)
los  /  losse (los-se)	los / losse 2 (loose, not attached) ‑>>
krom 2  /  kromme (krom-me) 2 3	krom / kromme (crooked, bent)
dun  /  dunne (dun-ne) 2	dun / dunne 2 (thin, skinny)
druk  /  drukke (druk-ke) 2	druk / drukke 2 (busy) ‑>>

2. - aa/a - ee/e - oo/o - uu/u

laag 2 3 4 lage (la-ge) laag/lage 2 (low)

geel gele (ge-le) 2 3 geel/gele 2 (yellow)

rood rode (ro-de) rood/rode (red)

duur dure (du-re) 2 duur/dure 2 (expensive)

laag 2 3 4  /  lage (la-ge)	laag / lage 2 (low)
waar  /  ware (wa-re)	waar / ware (true, 'real') ‑>>
zwaar  /  zware (zwa-re)	zwaar / zware (heavy) ‑>>
raar 2  /  rare (ra-re)	raar / rare (strange, odd, weird) ‑>>
laat  /  late (la-te)	laat / late late, not in time) ‑>>
breed  /  brede (bre-de) 2	breed / brede 2 (wide)
geel  /  gele (ge-le) 2 3	geel / gele 2 (yellow) ‑>>
leeg  /  lege (le-ge) 2	leeg / lege (empty)
rood  /  rode (ro-de)	rood / rode (red) ‑>>
groot  /  grote (gro-te)	groot / grote 2 (large // tall // big // great) ‑>>
hoog 2 3  /  hoge (ho-ge)	hoog / hoge (high)
duur  /  dure (du-re) 2	duur / dure 2 (expensive) ‑>>
zuur 2  /  zure (zu-re) 2 3	zuur / zure 2 (sour) ‑>>

langzaam 2 3  /  langzame (lang-za-me) 2 3 langzaam / langzame 2 (slow) ‑>> - 2

goedkoop 2 3  /  goedkope (goed-ko-pe) 2 3 goedkoop / goedkope (cheap, inexpensive) ‑>>

gewoon  /  gewone (ge-wo-ne) 2 3 gewoon / gewone 2 (common, usual, regular) ‑>> - 2

3.   b - c - d - f - g - h - j - k - l - m - n - p - q - r - s - t - v - w - x - z

arm 2 arme (ar-me) 2 3 arm/arme (poor)		paars paarse (paar-se) 2 paars/paarse (purple)		scherp 2 3 scherpe (scher-pe) 2 scherp/scherpe 2 ('sharp' - knives)
vreemd vreemde (vreem-de) vreemd/vreemde 2 (strange)		dicht dichte (dich-te) dicht/dichte 2 (closed)		kort 2 3 korte (kor-te) 2 kort/korte (short)
gestoofd 2 (stewed) / gestoofde (ge-stoof-de)		zulk zulke (zul-ke) zulk/zulke (such)		gefrituurd 2 (deep-fried) gefrituurde (ge-fri-tuur-de)

arm 2  /  arme (ar-me) 2 3	arm / arme (poor) ‑>>
zwart  /  zwarte (zwarte)	zwart / zwarte (black) ‑>>
hard  /  harde (har-de) 2	hard / harde ('hard' - not soft +) ‑>>
zacht  /  zachte (zach-te) 2	zacht / zachte (soft) ‑>>
vast  /  vaste (vas-te) 2	vast / vaste 2 (fixed, not loose) ‑>>
warm  /  warme (war-me) 2	warm / warme 2 (warm) ‑>>
vals  /  valse (val-se)	vals / valse 2 3 (false, untrue, off-pitch)
lang  /  lange (lan-ge)	lang / lange (long, tall) ‑>>
paars  /  paarse (paar-se) 2	paars/paarse (purple) ‑>>
Vlaams  /  Vlaamse (Vlaam-se) 2	Vlaams / Vlaamse (Flemish)
sterk  /  sterke (ster-ke) 2 3	sterk / sterke (strong) ‑>>
recht 2  /  rechte (rech-te)	recht / rechte 2 (straight)
rechts  /  rechtse (recht-se) 2 also:  rechter-	rechts / rechtse (right - not left)
scherp 2 3  /  scherpe (scher-pe) 2	scherp / scherpe 2 ('sharp' - knives)
vreemd  /  vreemde (vreem-de)	vreemd / vreemde 2 (strange) ‑>>
dicht  /  dichte (dich-te)	dicht / dichte 2 (closed) ‑>>
licht  /  lichte (lich-te) 2 3	licht / lichte (light - not heavy // not dark) ‑>>
links  /  linkse (link-se) 2 also:  linker- 2 3	links / linkse 2 ('left' - not right)
kort 2 3  /  korte 2	kort / korte (short) ‑>>
rond 2  /  ronde (ron-de)	rond / ronde 2 (round, curved)
krom 2  /  kromme (krom-me) 2 3	krom / kromme (crooked, bent)
jong  /  jonge (jon-ge) 2 3	jong / jonge 2 (young) ‑>>
zulk  /  zulke (zul-ke)	zulk / zulke (such) ‑>>

geslaagd 2  /  geslaagde (ge-slaag-de) (successful) ‑>>

verkeerd  /  verkeerde (ver-keer-de) 2 3 verkeerd/verkeerde 2 (wrong) ‑>>

gecompliceerd 2 3 4  /  gecompliceerde 2 (complex, complicated)

gevreesd 2  /  gevreesde (ge-vrees-de) 2 ‑>>

plotseling  /  plotselinge (plot-se-lin-ge) 2 (sudden) ‑>>

gestoofd 2 (stewed)  /  gestoofde (ge-stoof-de) peertjes (stewed pears)

koken (ko-ken) 2 (to boil)  /  gekookt (ge-kookt) (boiled) de gekookte (ge-kook-te) aardappels ('the boiled potatoes')

berucht 2  /  beruchte (be-ruch-te) berucht/beruchte (infamous)

gefrituurd 2  /  gefrituurde (ge-fri-tuur-de) (deep-fried)

  4. - ie ( ii ) - au/ou - ei/ij - eu - oe - ui

diep 2 diepe (die-pe) diep/diepe (deep)

groen groene (groe-ne) 2 3 4 groen/groene green

beroemd 2 beroemde (be-roem-de) beroemd/beroemde famous

ziek zieke (zie-ke) 2 ziek/zieke 2 (sick, ill)

oud 2 oude (ou-de) 2 oud/oude (old)

benauwd 2 benauwde (be-nauw-de) benauwd/benauwde (short of breath +)

diep 2  /  diepe (die-pe)	diep / diepe (deep)
ziek  /  zieke (zie-ke) 2	ziek / zieke 2 (sick, ill) ‑>>
nauw  /  nauwe 2	nauw / nauwe (narrow)
oud 2  /  oude (ou-de) 2	oud / oude (old) ‑>>
koud  /  koude (kou-de)	koud / koude (cold) ‑>>
zout 2 3  /  zoute (zou-te) 2	zout/zoute 2 (salty) ‑>>
klein 2 3 4 5  /  kleine	klein/kleine 2 (small, little) ‑>>
blij  /  blije (blij-e)	blij / blije (happy, glad) ‑>>
vrij  /  vrije (vrij-e) 2	vrij / vrije 2 3 4 (free)
nabij 2  /  nabije (na-bij-e) 2	nabij / nabije 2 (near - in time) ‑>>
wijd  /  wijde (wij-de) 2	wijd / wijde 2 (wide)
rijk  /  rijke (rij-ke)	rijk / rijke (rich) ‑>>
leuk 2 3 4 5  /  leuke (leu-ke)	leuk / leuke 2 3 (nice, pleasant, funny +) ‑>>
goed 2 3  /  goede (goe-de)	goed / goede (good, just, correct, well) ‑>>
zoet  /  zoete (zoe-te) 2 3	zoet / zoete 2 (sweet) ‑>>
groen  /  groene (groe-ne) 2 3 4	groen / groene (green) ‑>>
vroeg  /  vroege (vroe-ge)	vroeg / vroege (early) ‑>>
lui  /  luie (lui-e)	lui / luie (lazy)
vuil 2  /  vuile (vui-le)	'vuil / vuile 2 (dirty, foul) ‑>>
bruin  /  bruine (brui-ne)	bruin / bruine (brown) ‑>>
juist  /  juiste (juis-te)	juist / juiste 2 3 (correct) ‑>>

benauwd 2  /  benauwde (be-nauw-de) benauwd / benauwde (short of breath +)
trouw 2 (faithful)  /  "trouwe vriend" 2 ('faithful friend') ‑>>
getrouwd / getrouwde 2 3 4 (married) ‑>>
geheim 2  /  geheime (ge-hei-me) geheim / geheime (secret)
bedroefd  /  bedroefde (be-droef-de) 2 (sad - mood) ‑>>
beroemd 2  /  beroemde (be-roem-de) beroemd / beroemde famous
zwoel 2 / zwoele (zwoe-le) zwoel / zwoele 2 (sultry, sensual)

  5. ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! !

ruw 2 ruwe (ru-we) 2 ruw / ruwe 2 rough

sluw 2 sluwe (slu-we) sluw / sluwe 2 sly, mean-clever

schuw schuwe (schu-we) 2 schuw / schuwe timid, very shy

saai 2 saaie (saai-e) 2 saai / saaie 2 boring, not exciting ‑>>

mooi mooie (mooi-e) mooi / mooie 2 beautiful, pretty ‑>>

! ! ! (de) uitzondering 2 exception ‑>>

 6.   -ISCH ("-ies")  -  -LIJK ("-luhk") 2

medisch medische (me-di-sche) 2 medisch / medische (medical)

lelijk 2 lelijke (le-lij-ke) 2 3 lelijk / lelijke 2 ugly

  -isch ("-ies") ‑>>
medisch  /  medische (me-di-sche) 2 medisch / medische (medical) ‑>> chemisch  /  chemische (che-mi-sche) 2 chemisch / chemische (chemical) ‑>> tragisch 2  /  tragische (tra-gi-sche) tragisch / tragische (tragical) fantastisch 2 3  /  fantastische (fan-tas-ti-sche) fantastisch / fantastische (fantastic) elektrisch  /  elektrische (e-lek-tri-sche) elektrisch / elektrische (electric) ‑>> automatisch 2  /  automatische (au-to-ma-ti-sche) automatisch / automatische (automatic)

-lijk ("-luhk") 2 ‑>>
lelijk 2  /  lelijke (le-lij-ke) 2 3 lelijk / lelijke 2 (ugly) ‑>>
duidelijk / duidelijke duidelijk / duidelijke 2 (clear, understandable) ‑>>
vriendelijk / vriendelijke 2 (friendly') ‑>>
makkelijk / makkelijke 2 (easy) ‑>>
gemakkelijk / gemakkelijke (easy) ‑>>
verschrikkelijk / verschrikkelijke 2 (terrible, awful) ‑>>
verrukkelijk 2 3 / verrukkelijke 2 (very enjoyable, delightful, great!)
vrouwelijk / vrouwelijke (female)
mannelijk 2 / mannelijke (male)
! ! ! ! !   gelijk 2 gelijke (ge-lij-ke) 2 ('equal') ‑>>

 7.   -EL ("-uhl") 2  -  -ER ("-uhr") 2  -  -IG ("-uhg")

mager magere (ma-ge-re) 2 mager / magere 2 skinny, 'thin'

veilig 2 veilige (vei-li-ge) veilig / veilige 2 safe, secure

-el 2  -  -er 2

dubbel / dubbele (dub-be-le) 2 (double)

edel / edele (e-de-le) (noble)

enkel (single) / enkele (en-ke-le) (a few) enkel / enkele 2 ‑>>

flexibel flexibele (flexi-be-le) 2 (flexible)

ijdel 2 3 / ijdele (ij-de-le) 2 (vain)

wankel 2 wankele (wan-ke-le) 2 (not stable, shaky)

bitter / bittere (bit-te-re) 2 3 bitter / bittere 2 (bitter) ‑>>

donker 2 / donkere (don-ke-re) 2 3 donker / donkere (dark) ‑>>

duister 2 / duistere (duis-te-re) 2 3 (dark, ~sinister) ‑>>

helder / heldere (hel-de-re) 2 3 helder / heldere (clear, bright)

ieder / iedere (ie-de-re) 2 3 ieder / iedere 2 (every) ‑>>

lekker 2 3 4 / lekkere (lek-ke-re) lekker / lekkere 2 (enjoyable, tasty) ‑>> lekkere koffie [enjoyable] 'good coffee' ‑>>

mager / magere (ma-ge-re) 2 mager / magere 2 (skinny, 'thin')

somber sombere (som-be-re) (gloomy, depressedy)

zeker 2 zekere (ze-ke-re) 2 3 zeker / zekere (certain, sure) ‑>>

! ! ! !   bijzonder / bijzondere (bij-zon-de-re) 2 3 bijzonder / bijzondere (special) ‑>>

-ig ("-uhg") ‑>>

veilig 2 / veilige (vei-li-ge) veilig / veilige 2 safe, secure

verstandig / verstandige (sensible, prudent) ‑>>

aardig 2 3 / aardige 2 3 (kind, nice // rather, considerably) ‑>>

eenvoudig / eenvoudige 2 (simple, easy to solve) ‑>>

(lawaaiïg) lawaaiig 2 / (lawaaiïge) lawaaiige (la-waai-i-ge) (noisy) ‑>>

gelukkig 2 3 / gelukkige 2 3 (lucky // (happy)) ‑>>

heilig / heilige (saintly, holy) ‑>>

grappig 2 3 - grappig / grappige (funny, amusing, humorous) ‑>>

smerig 2 3 / smerige 2 3 (dirty, filthy, soiled' - unpleasantly, disgustingly so) ‑>>

vorig / vorig / vorige 2 (previous) ‑>>

willekeurig 2 / willekeurige 2 ('random') ‑>>

rossig / rossige 2 (reddish) ‑>>

regelmatig / regelmatige ('regular)

luidruchtig / luidruchtige (loud, noisy) ‑>>

heftig 2 / heftige 2 3 ('violent, fierce' // "heavy" - slang)

ernstig 2 / ernstige 2 3 (serious) ‑>>

hartig / hartige 2 (savory' (not sweet) 'salty, hearty,' umami?) ‑>>

rustig / rustige 2 3 (quiet, calm) ‑>>

prettig / prettige 2 3 (pleasant, nice, enjoyable ) ‑>>

hevig 2 / hevige 2 (violent, vehement, intense, vehement)

stevig 2 (3) / stevige 2 (solid, substantial

Other Explanations of the Rules for Spelling Vowels:
The Beauty and Logic of Dutch Spelling - Plurals

de mars was lang	the march was long
de lange mars	the long march
een lange mars	a long march
geen lange mars	not a long march
het verhaal was lang	the story was long
het lange verhaal	the long story
een lang verhaal	a long story
geen lang verhaal	not a long story

de lelijke eend	the ugly duck
een lelijke eend	an ugly duck
het lelijke eendje	the ugly duckling
een lelijk eendje	an ugly duckling
geen lelijk eendje 2	not an (no) ugly duckling

dit stopcontact  is niet geaard	this power outlet is not grounded
een geaard stopcontact	a grounded power outlet
de geaarde stekker	the grounded power plug

het weer was slecht 2	the weather was bad
het slechte weer	the bad weather
het was slecht weer	it was bad weather
het was zwaar weer	It was [heavy] very bad weather
zwaar weer	very bad weather

het houten schip	the wooden ship
een houten schip	a wooden ship
het verdronken land	the flooded, drowned land
de sinaasappels zijn oranje  - de oranje sinaasappels	the oranges are orange - the orange oranges

The -E Ending of Adjectives

email - Copyright © Marco Schuffelen 2022. All rights reserved. This material may not be published, broadcast, rewritten, redistributed, or hotlinked to.
Gij zult niet stelen 'Thou shalt not steal'